'Niet meer bang om het leven te leven'

30/11/2015

'Niet meer bang om het leven te leven', een quote van client Jerry Luyke tijdens een interview met Cecile Hendriks voor het magazine 'Geloven in Nederland'. Zij sprak met Luyke en psycholoog Niek Poelstra over kiezen voor het lezen, omgaan met kanker, kwetsbaarheid, maar ook over leuke dingen. Het interview verscheen onlangs in het tijdschrift.

Lees hier het interview

 

 

"Niet meer bang om het leven te leven"

Bekenden van Jerry Luyke lopen soms drie keer rond het schap als ze hem in de supermarkt spotten. Jerry is vriendelijk, heeft een leuk gevoel voor humor en praat makkelijk; voldoende ingrediënten om rechtstreeks van de groenteafdeling naar hem over te willen steken. Maar hij heeft ook kanker en hij zal eraan doodgaan. Veel mensen hebben die drie extra rondjes nodig om hem de simpele maar beladen vraag te stellen: ‘Hé Jerry, hoe gaat het met je?’

‘Eén op de drie Nederlanders treft de diagnose kanker,’ staat er op de website van Het Behouden Huys. Op een prachtig landgoed in het Groningse Haren ligt het centrum voor psychologische, sociale en lichamelijke ondersteuning bij kanker. De ziekte boezemt zo veel angst in dat veel mensen moeite hebben erover te praten. Kankerpatiënten en hun gezinsleden kunnen terecht bij Het Behouden Huys voor individuele hulp en contacten met lotgenoten. De toewijding van de hulpverleners en de inzet van de cliënten moeten ervoor zorgen dat een leven met kanker weer geleid kan worden.


ONGENEESLIJK

In 2012 werd Jerry gediagnosticeerd met urachuskanker. ‘Bijna niemand weet wat het is,’ vertelt hij. ‘Er zijn maar twaalf gevallen bekend in de honderd jaar dat het kankerinstituut Antoni van Leeuwenhoek onderzoek doet.’ Jerry legt uit dat er bij een embryo een streng loopt van de navel naar de blaas. Na de geboorte verdwijnt de urachus gewoonlijk. Maar bij sommige mensen blijft hij bestaan en bij Jerry ontstond er kanker in. Jerry werd geopereerd, kreeg chemotherapie en was schoon. In 2013 kreeg hij te horen dat hij opnieuw kankercellen had. Weer werd Jerry behandeld en opnieuw leek alles goed te gaan, totdat hij in 2014 het nieuws kreeg dat de kanker zich uitgezaaid had naar zijn longen en hij niet meer beter zou worden. ‘Toen ik voor het eerst hoorde dat ik ongeneeslijk ziek was, had ik het gevoel niets meer te kunnen,’ zegt Jerry.


COMMUNICEREN

Bij Het Behouden Huys hervond Jerry zijn positieve instelling. In het psycho-oncologisch centrum volgt hij therapie en heeft hij contact met lotgenoten. ‘Ik kom hier nu een jaar en ik voel me er goed bij. Mijn ziekte heb ik een plek kunnen geven. Ik heb geleerd hoe belangrijk het is om erover te communiceren.’ ‘Sommigen belanden hier uit pure wanhoop,’ vertelt Niek Poelstra die als psycholoog bij Het Behouden Huys werkt. ‘Veel mensen komen in een existentiële crisis terecht als ze horen dat ze niet meer beter zullen worden. Vaak gaat de pijn niet zozeer over het doodgaan zelf, maar over afscheid nemen. Als je je bewust bent van de dood, dan heb je de mogelijkheid bewuster te gaan leven. Maar soms blokkeren mensen. Ze worden bang om hun leven te leiden. Hier proberen we mensen te begeleiden in dat proces.’


MOEILIJK

Het Behouden Huys biedt kankerpatiënten en hun naasten behandeling in de vorm van gesprekken, lichaamstherapie en creatieve therapie. Jerry probeert zijn gezin mee te krijgen naar het centrum, maar zijn beide kinderen van begin twintig voelen een enorme drempel. ‘Een tijdje geleden was hier een voorlichtingsdag waarop ik zou spreken,’ vertelt Jerry. ‘Dat was een reden voor mijn kinderen om toch een keer te komen. Maar toen ik mijn praatje hield, kreeg mijn dochter het te kwaad en heeft ze de zaal verlaten.’ Soms probeert hij met haar het gesprek te openen over zijn ziekte en de gevolgen daarvan. ‘Ik neem haar mee naar de stad, probeer haar in een goede stemming te brengen door een broek voor haar te kopen en gooi het onderwerp er vervolgens in. Maar ze heeft het er heel erg moeilijk mee.’


PRACHTIG GESPREK

Ook met zijn vrienden laat Jerry zijn ziekte niet onbesproken. Na een potje tennis en onder het genot van een biertje vroeg hij hun plompverloren of ze zich weleens afvragen hoe het voor hen zal zijn als hij niet meer leeft. ‘Het werd een prachtig gesprek,’ glimlacht Jerry. ‘Naderhand vertelde een van mijn vrienden dat hij op basis daarvan een aanbod van een baan in het buitenland afgeslagen had. Dat iemand zoiets besluit op grond van onze vriendschap, ontroert me.’ Zonder de gesprekken die Jerry bij Het Behouden Huys heeft, had hij die onderwerpen misschien onbesproken gelaten. Zonder zijn therapie had hij waarschijnlijk ook de stap niet genomen om zijn uitvaart alvast te regelen. ‘Jerry, ga nu eens naar die uitvaartmaatschappij,’ werd er bij herhaling tegen hem gezegd. Hij vond het lastig, stelde het uit, wilde niet. Uiteindelijk maakte hij samen met zijn vrouw een afspraak en bracht een mooie middag door waarin hij de kist uitzocht waarin hij wilde liggen en de zaken regelde voor de dienst. ‘Dat bespreek je, dat regel je en dan kan het letterlijk en figuurlijk weer in de kluis,’ vertelt hij erover.


KIEZEN VOOR HET LEVEN

‘De bereidheid om dingen aan te gaan is hier groot,’ vult Niek aan. ‘De processen gaan daarmee ook snel. Iedereen die hier komt, leeft met onzekerheid rondom de ziekte. Het vergt kracht om in die onzekerheid toch voor het leven te kiezen.’ Veel mensen komen erachter dat hun leven veelal in het teken van anderen heeft gestaan. Maar juist met de dood in het bewustzijn is verandering mogelijk. Niek merkt dat zijn werk in Het Behouden Huys hem scherp houdt. Hij probeerde altijd al bewust te leven, maar hier heeft die filosofische insteek voor hem een praktische en persoonlijke kwaliteit gekregen. ‘Het is een stukje zingeving, ook voor mij,’ zegt hij. ‘Er zijn veel mensen van wie ik afscheid moet nemen. Ik ben niet ongeneeslijk ziek, dus weet ik niet daadwerkelijk wat het is om daarmee te moeten leven. Maar ik kan het wel invoelen.’


KWETSBAARHEID TONEN

Niek ziet vaak cliënten met de levenshouding ‘niet klagen maar dragen’. Maar ook die mensen lopen vast. Ze worden door de huisarts doorverwezen, of komen uit eigen beweging. Meestal zijn het vrouwen die de weg naar Het Behouden Huys vinden. Weinig cliënten hebben een andere culturele achtergrond dan de Nederlandse. ‘Omgaan met dood, ziekte en kwetsbaarheid is in alle culturen lastig. Kwetsbaarheid tonen blijkt nog altijd moeilijker voor mannen,’ meent Niek. ‘Het zou mooi zijn als de drempel voor iedereen laag genoeg zou zijn.’ Alle bezoekers kampen met vragen zoals ‘Waarom ik? Waarom overkomt mij dit? Is dit een straf van God?’. Ook Jerry stelde zichzelf die vraag. Hij wijt zijn ziekte aan de stress die hij had van zijn werk. Hij was mede-eigenaar en commercieel directeur van een bedrijf dat tassen verkoopt. Jerry reisde de hele wereld rond, maar de zorgen over zijn bedrijf nam hij iedere keer mee naar huis. ‘Mijn compagnon ging na werktijd zorgeloos op zijn grasmaaier zitten. Toen het slecht ging met het bedrijf werd ik ziek, hij maaide rustig verder.’


LEUKE DINGEN

Inmiddels werkt Jerry niet meer. Hij komt nog wel op het bedrijf, bemoeit zich zijdelings met de zaken. ‘Ik wilde dat ik een hobby had,’ merkt hij op. ‘Ik kan jaloers zijn op mensen die verwoed postzegels verzamelen. Mijn werk was mijn hobby. Ik probeer twee derde van mijn tijd door te brengen met leuke dingen, maar ik kan niet iedere dag op de tennisbaan staan.’ Grofweg een derde van zijn leven wijdt Jerry aan zijn ziekte. ‘Het is goed om er stil bij te staan. Niet de hele tijd, maar wel een deel van de tijd. Soms is het bijna gemakkelijk om te vergeten dat mijn lichaam van de navel tot mijn hals helemaal verziekt is.’ Ook voor een buitenstaander is dat makkelijk te geloven. Jerry ziet er fit uit. Hij is gebruind, hij straalt. ‘Schijn kan bedriegen,’ waarschuwt Niek. ‘De ziekte kan ineens heftig toeslaan.’ Iedereen die bij Het Behouden Huys komt is zich daarvan bewust, maar met inzet en psychologische behandeling kan het iets makkelijker worden om ermee te leven.

 

TEKST: Cecile Hendriks
IN: Geloven in Nederland, jaargang 3, nr 2/3